How to make mosaic crochet? / Hoe werkt de mozaïeksteek?
There are many different ways to mosaic crochet, this is mine. The border of the blanket is crocheted in rounds, each round is crocheted in a different colour. All single crochets are crocheted in the back loops of the previous row, all double crochets are crocheted in the front loop of the row before the previous row.
You work with a diagram. This might look difficult at first, but with mosaic crochet it is easier to work from a diagram instead of a written pattern. When you are used to the repeats you will not have to check the pattern that much anymore.
Er zijn veel verschillende manieren om mozaïek te haken, maar dit is hoe ik het doe. De rand van de deken is gehaakt in rondes, elke ronde haak je met een andere kleur. Alle vasten haak je in de achterste lussen van de laatste toer en alle stokjes die je maakt haak je in de voorste lus van de voorlaatste toer.
Je werkt met een telpatroon. Dit ziet er in eerste instantie ingewikkeld uit, maar is bij mozaïek haken makkelijker dan instructies uitgeschreven. Als je eenmaal de herhaling in het patroon te pakken hebt hoef je nauwelijks nog naar het telpatroon te kijken.
The diagram / Het telpatroon
Below is a piece of the diagram. This works as follows:
· On the right is a column with arrows. This column does not count as stitches and only tells you in which colour this row is crocheted.
· Every empty square stands for an sc in the back loop. The colour of this square does not matter, the colours only show you how you work will look in the end. Every round is crocheted in only one colour and empty squares mean an sc in the back loop in the colour of that round.
· Every square with an X indicates you will crochet an dc in the front loop of the previous to last round. Just remember: you always crochet a dc in the front loop of a stitch with the same colour. Is this round crocheted in yellow, that means any dc goes in the front loops of the last round you made in yellow, never in a white stitch. In the end, the dc’s make the pattern
Hieronder zie je een stukje uit het telpatroon. Dit werkt als volgt:
· Helemaal rechts zie je een kolom met pijltjes. Deze geven alleen aan in welke kleur deze ronde gehaakt wordt en tellen niet mee in het telpatroon.
· Elk leeg vakje staat voor een vaste in de achterste lus. Het maakt niet uit welke kleur dit vakje heeft, de kleuren geven alleen aan hoe het patroon er uit komt te zien. Elke toer haak je met maar 1 kleur en bij lege vakjes betekent dat een vaste in de achterste lus in de kleur van die ronde.
· Elk vakje met een X betekent dat je op deze steek niet een vaste in de achterste lus, maar een stokje in de voorste lus van 2 toeren terug maakt. Makkelijk om te onthouden: stokjes in de voorste lus haak je altijd in de vorige toer waarin je die zelfde kleur gebruikte. Haak je de toer met geel? Dan kan het stokje nooit in de voorste lus van een witte steek gehaakt worden. Deze stokjes creëren uiteindelijk het patroon.